Op Voeten En Fietsen Naar School

Kinderen leren vooral door zelf te doen. Door dagelijks lopend of fietsend de routes naar school en huis te oefenen, vergroten kinderen hun verkeersvaardigheid en doen zij verkeerservaring op. Hierdoor zullen zij naarmate zij ouder worden meer inzicht in verkeerssituaties krijgen. Kinderen die dagelijks met de auto naar school gebracht worden, missen deze oefening en ervaring. Verkeer leer je niet vanaf de achterbank van de auto, maar door te doen en te ervaren. En door meer auto’s in de schoolomgeving bij het halen en brengen kunnen chaotische en daarmee verkeersonveilige situaties in de schoolomgeving ontstaan.

Met de actie Op voeten en fietsen naar school probeert VVN ouders bewust te maken van hun haal- en brenggedrag en hen aan te moedigen om de kinderen vaker met de fiets of lopend naar school te brengen. Daarmee doen kinderen ook ervaring op met (zelfstandige) actieve verkeersdeelname en worden daarmee gestimuleerd in de ontwikkeling.

Het project Op voeten en fietsen naar school is er op gericht om ouders en kinderen te stimuleren vaker lopend of fietsend naar school te gaan, omdat:

1. kinderen hiermee hun verkeersvaardigheden ontwikkelen en verbeteren;
2. kinderen door ervaring en vertrouwdheid op vaste routes hun verkeersinzicht vergroten;
3. lopen en fietsen gezond is;
4. minder auto’s zorgen voor een schonere leefomgeving;
5. minder auto’s tijdens het halen en brengen van kinderen bijdraagt aan de verkeersveiligheid rondom de school.

Hoofddoel: Na de actie komen er meetbaar meer kinderen lopend en/of fietsend naar school.

• Het hele project is opgezet vanuit de gedachte om op positieve wijze (sticker als beloning) het juiste gedrag te stimuleren. Dit is een bewezen aanpak binnen de leer- en ontwikkelingspsychologie.
• Gewoontegedrag, de auto onbewust pakken uit gemak of de gedachte dat het sneller is, doorbreken. Heel veel gedrag is onbewust, bij bewustwording van gewoontegedrag zal men eerder nadenken over verantwoorde keuzes.
• Werkvorm: klassikaal onderzoek naar vervoerskeuze en invloed van weersomstandigheden met behulp van telposter en stickers. Door het in kaart brengen van eigen gedrag en keuzes ervaren kinderen meer eigenaarschap bij de actie en nemen zij eerder hun eigen verantwoordelijkheid bij het maken van een vervoerskeuze.

Het project kan op ieder gewenst moment van het jaar uitgevoerd worden. De leerkracht telt een week voorafgaand aan de actieperiode of actiedag op een ochtend hoeveel kinderen lopend of fietsend naar school zijn gekomen (nulmeting). De resultaten worden genoteerd op een groepsposter.

Elke leerling krijgt een stickerkaart. Voor elke dag die hij/zij lopend of fietsend naar school komt, plakt de leerkracht, verkeersouder of leerling een sticker op de kaart. De kaart biedt ruimte voor 20 stickers, in een periode van vier weken komt er elke dag een sticker bij. Een korte actie van één dag is ook mogelijk. Elke groep krijgt één of meerdere kaarten (1 per 20 kinderen). Op de actiedag plakken de kinderen hun sticker op de groepskaart. De leerkracht noteert de resultaten van de groep op de groepsposter.

In de week na de actieperiode wordt door de leerkracht weer op een ochtend geteld hoeveel kinderen lopend of fietsen naar school zijn gekomen (nameting) en genoteerd op de groepsposter. Na afloop van de actie vraagt de leerkracht of de kinderen zich bewust zijn van de voordelen van fietsen of lopen naar school en of ze ook liever daarvoor kiezen.

Voorbereiding:

• Bepalen welke groepen meedoen en de duur van de actie (een week of een actiedag)
• Plan eventueel een officiële aftrap.
• Regel de materialen en hulpouders
• Communiceer de actie naar leerkrachten, ouders en kinderen.
• Uitvoeren nulmeting.

Totaal: 2 uur.

Uitvoering:

• Deel de telposters onder de deelnemende groepen.
• Houd dagelijks resultaten bij op stickerkaarten en telposters.

Totaal: half uurtje.

Na de actie:

• Uitvoeren nameting.
• Vergelijken nul- en nameting.
• Communiceren resultaten met ouders en leerkrachten.
• Groepsgesprek in de klas over de resultaten.

Totaal: 1 uur

Hulpouders of leerlingen kunnen helpen met het uitdelen van de stickers per klas. 

Kan iemand niet lopend of op de fiets komen, dan zijn er genoeg alternatieven waarmee de leerling ook een sticker verdient:

• Stap wat eerder uit de auto en loop het laatste stuk. Kinderen oefenen zo in het verkeer en het is rustiger én veiliger rondom school.
• Met de bus is ook goed. Het is goed voor het milieu en zorgt ook voor minder auto’s in de schoolomgeving.
• Dit geldt ook voor busvervoer bij speciaal onderwijs.